Matthijs Maris: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
FotoDutch (overleg | bijdragen)
FotoDutch (overleg | bijdragen)
Regel 47:
| opmerking = [[w:Adolph Artz|David Artz]] was goed gezelschap voor Matthijs Maris, die in 1869 nieuw in Parijs kwam en al snel diens portret maakte. Artz probeerde hem ermee te verzoenen om voor het geld te schilderen, wat Maris denigrerend [https://en.wikipedia.org/wiki/Potboiler 'potboilers'] noemde, gemaakt voor de markt. Ook mevr. Artz mengde zich hier in
}}
 
{{Citaat
| tekst = In het begin van den oorlog heb ik gezegd: Thijs, Thijs, je bent bij een volk gekomen, toen het hun goed ging, nou mot je ze ook helpen nu ze in nood zitten. Zoo is het gekomen dat ik me heb laten inschrijven bij de garde nationale. [..] Ik dacht dat wij maar een beetje zouden leeren schieten en dan uitrukken, maar dat is me een gezeur geweest. [..] Ik kom daar aan. Heb je geen papieren bij je? Ik heb een Hollandsche pas. Dites, kapitein, un Hollandais. Prens le, kom morgen je chefs kiezen. Een veertien dagen, drie weken later konden we pas een geweer krijgen.
| bron = {{aut|Matthijs Maris}}, brief van 29 mei 1871 vanuit Parijs, aan Fridolin Becker
| aangehaald = {{aut|P. Haverkorn van Rijsewijk}}, [https://www.dbnl.org/tekst/_onz021191801_01/_onz021191801_01_0038.php 'Matthijs Maris IV. De twee eerste jaren van zijn verblijf te Parijs (1869-juni 1871)'], in ''Onze Kunst'', 1918, p. 17
| opmerking = De oorlog met Duitsland brak uit en Frankrijk werd bedreigd door de Duitse legers. Na de eerste Franse nederlagen liet Thijs zich inschrijven bij de [[w:Nationale Garde (Frankrijk)|Garde Nationale]], die als taak had om Parijs te verdedigen; volgens eigen zegge heeft hij geen schot gelost
}}
 
{{Citaat