Paul Joseph Constantin Gabriël: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
FotoDutch (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
FotoDutch (overleg | bijdragen)
→‎na 1880: 3 citaten, voor 1893
Regel 54:
| aangehaald = {{aut|Rob en Winky Vetter}}, ''Geesje van Calcar. Een echte Mesdag''; Stichting Fraeylemaborg, Schipluiden 2001, ISBN 9789090148960; pp. 18-22
| opmerking = Citaat van Paul Gabriël drukt treffend zijn eigen werkwijze uit en zijn focus op 'het moment'. Nota bene: Geesje was de vrouw van [[w:Hendrik Willem Mesdag|Hendrik Willem Mesdag]]
}}
 
{{Citaat
| tekst = Ga maar naar boven [tegen Louis de Haes], je weet den weg; kom je eens een kijkje nemen? Er is toevallig op 't oogenblik niet veel bizonders, maar je vindt toch altijd wat; en dan maken we nog een praatje nietwaar; ga je gang, ik volg je wel; pas op met het binnengaan want er staat een groot schilderij voor de deur.
| bron = {{aut|Paul Gabriël}}, tijdens een atelierbezoek van Louis de Haes
| aangehaald = {{aut|Louis de Haes}}, in zijn artikel [https://www.dbnl.org/tekst/_els001189301_01/_els001189301_01_0032.php 'P.J.C. Gabriël]; in ''Elsevier's geïllustreerd maandschrift'' 3., April/Mei 1893, pp. 453-473
| opmerking = Citaat van Gabriël toont de houding van de oude meester tegenover een jongere kunst-criticus
}}
 
{{Citaat
| tekst = [Verbeelding], ik vind het eenvoudig een ziekelijke eigenschap, zie je wel; verbeelding, dat is de weg naar de krankzinnigheid. Verbeeld je dat je uit je verbeelding gaat schilderen zonder de natuur te kennen; daar komt immers niets van terecht. Al die menschen van verbeelding verbeelden zich zoo veel, en 't is 't grootste ongeluk wat je op de wereld kan hebben, weet je waar 't alleen goed voor is: om je gebreken te idealiseeren.
| bron = {{aut|Paul Gabriël}}, tijdens een atelierbezoek van Louis de Haes
| aangehaald = {{aut|Louis de Haes}}, in zijn artikel [https://www.dbnl.org/tekst/_els001189301_01/_els001189301_01_0032.php 'P.J.C. Gabriël]; in ''Elsevier's geïllustreerd maandschrift'' 3., April/Mei 1893, pp. 453-473
| opmerking = Citaat van Gabriël ontkent de rol van de verbeelding voor de kunstenaar
}}
 
{{Citaat
| tekst = Mijnheer Gericke van Herwijnen, de gezant, heeft mij eigenlijk op die plassen attent gemaakt.. ..er zijn dagen geweest dat ik harder en zwaarder werkte dan de ijverigste poldergast. Ik zag dan zoo'n dag niets als water, hemel en één boer; dat was dan de boer van wien ik de schuit huurde [om zich varend door de polder te verplaatsen voor het schetsen], vat je wel? Een fichu métier.
| bron = {{aut|Paul Gabriël}}, tijdens een atelierbezoek van Louis de Haes
| aangehaald = {{aut|Louis de Haes}}, in zijn artikel [https://www.dbnl.org/tekst/_els001189301_01/_els001189301_01_0032.php 'P.J.C. Gabriël]; in ''Elsevier's geïllustreerd maandschrift'' 3., April/Mei 1893, pp. 453-473
| opmerking = Citaat van Gabriël laat zien hoe hij er feitelijk toe is gekomen om vele malen de polders te schilderen
}}