Robert Vuijsje

Nederlands schrijver

Robert Hendrik Vuijsje (Amsterdam, 12 oktober 1970) is een Nederlands journalist en schrijver.

Robert Vuijsje (links) met Bart Chabot
Informatie bij zusterprojecten:
artikel in Wikipedia
Informatie in externe bronnen:
DBNL pagina in DBNL
KB pagina in KB-catalogus
TW pagina bij Twitter

Alleen maar nette mensen (2008)

bewerken
  • „In Oud-Zuid is alleen maar nette mensen codetaal. Iedereen weet dat je bedoelt: geen mensen die ze allochtonen noemen en vooral geen Marokkanen.”
  • „Sinds de kleuterschool wist ik dat het niet een vraag was of ik de universiteit af zou maken. Het was een gegeven, een opdracht waar ik op geen enkele manier onderuit kon.”
  • „Ik wil een echte negerin, [...] Een die nog nooit met een blanke man heeft gepraat. De bounty moet ik niet.”
  • „Ik hou van zo donker mogelijk, [...] Hoe donkerder ze is, hoe dichter ze bij de natuur staat.”
  • „Dit gebeurde niet met mensen zoals ik, het was een vervelend gevoel, als ze lieten merken dat dit hun land is en niet dat van jou, ik kon een beetje begrijpen waarom Marokkanen zich geen echte Hollanders voelen, als je overal in de gaten wordt gehouden en je tas moet laten zien.”
  • „Mijn moeder stond in de keuken worstenbroodjes te maken. De leden van het opiniemakersoverleg willen soms net doen alsof ze geen intellectuelen zijn, maar gewone mensen. Ze denken dat gewone mensen worstenbroodjes eten.”

Beste vriend (2012)

bewerken
  • „Hij heeft het lichaam van een neger en de hersens van een jood.”
  • „Religie is uit [...] Roem is de nieuwe religie.”
  • „De enige manier om op televisie te komen, is door op de televisie te komen.”
  • „Venus was niet meer de opwindendste vrouw die ik ooit had gezien. We hadden alles al tegen elkaar gezegd wat we te zeggen hadden. Haar naam was normaal geworden. Ze was de moeder van mijn kind. Ik hield van haar als van een zus. Alleen had ik geen zus.”
  • „Bestaan er manieren om te vermijden dat later met jou en je zoon gebeurt wat vroeger met je vader en jou gebeurde?”
  • „Ik wilde niet zeggen hoe het voelde als ik op bezoek kwam bij mijn vader en Ernst na het eten zijn pyjama aandeed en naar zijn kamer ging. In het begin bracht mijn vader me nog met de auto naar huis, later zei ik dat hij oud genoeg was om met de tram te gaan.”
  • „Dan geldt ook voor jou nog steeds de regel: het is mij gelukt om beroemd te worden en jou niet, dus waarom zou ik met je praten?”