Jan Voerman sr.

Nederlands schilder (1857-1941)

Jan Voerman sr. (Kampen, 25 januari 1857 - Hattem, 25 maart 1941) was een Nederlands kunstschilder, bekend van zijn landschapschilderijen langs de IJssel..

Jan Voerman sr. circa 1890: 'Zelfportret'
Informatie bij zusterprojecten:
artikel in Wikipedia
media bij Commons
Informatie in externe bronnen:
BP pagina in Biografisch portaal
DBNL pagina in DBNL
KB pagina in KB-catalogus
RKD pagina in RKD

Citaten van Jan Voerman sr.

bewerken

Citaten, chronologisch

bewerken
  • „In antwoord op uw schrijven van 9 dec. meld ik u dat ik U nog geen schets kan zenden van mijn 'wei' omdat ik er nog geen heb, die ongeveer den indruk geeft van wat ik wil. Mijn schilderij gaat goed vooruit; om eraan te kunnen blijven werken, heb ik tijd of liever geld noodig. Ik zend u hierbij 6 teekeningen, te samen voor f 100..”
  • Bron: Jan Voerman sr., brief van Hattem, 14 december 1890, aan de heer Tessaro, van firma Buffa & Zonen, Amsterdam
  • Aanhaling(en): Rijksmuseum, Amsterdam: collectie: RP-D-2017-2342
  • Citaat van Voerman aan Buffa toont aan dat hij in 1890 al goede kunst-connecties had in Amsterdam; de brief gaat duidelijk over een opdracht. Ook werd hij door verschillende Tachtigers kunstenaars toen al gewaardeerd
  • „..U moet er het gevoel van krijgen als wanneer iemand u een harde waarheid in het gezicht zegt - onaangenaam op 't ogenblik, maar waàr. Mijn werk is [de tekst is hier deels doorgestreept en gecorrigeerd] is coloristisch als 't ware de zuivere reactie op het impressionisme van die nu levende Hollanders. Dàt heeft afgedaan; het is rot, rot en nog eens rot, en er is geen verbetering mogelijk, dan door excessen heen. [doorgestreept: ..wat u daar de laatste keer had staan van Israels en de Marissen, dat kan gerust mee inbegrepen zijn in het woordje 'rot']”
  • Bron: Jan Voerman sr., concept-brief van Hattem circa 1892, aan F. Tessaro van kunsthandel Buffa, te Amsterdam; familiearchief Verkade / Voerman
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, In Vervoering van Voermans, W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 59
  • Voerman nam hier duidelijk afstand van het werk van de Haagse School-schilders en de eigentijdse Amsterdamse Impressionisten, dat ook door zijn kunsthandel Buffa werden verhandeld
  • „U begrijpt wel, wanneer iemand geworden [gegroeid] is in de volle glorie van het impressionisme, en hij wil nu wat anders, en er dan heel wat moet worden weggegooid en er heel wat toe noodig is om als geheel vrij, onbedorven mensch, los van alle conventie, tegenover de natuur te staan, met de zuivere bedoeling, kunst te maken, zóo als door de natuur aan hem wordt geopenbaard.”
  • Bron: Jan Voerman sr., conceptbrief, van Hattem circa 1892, aan F. Tessaro van kunsthandel Buffa, te Amsterdam; familiearchief Verkade / Voerman
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, In Vervoering van Voermans, W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, pp. 59-60
  • Voerman was zich ervan bewust dat, wilde hij zichzelf kunnen doorbreken in zijn eigen schilderen, hij tijdelijk diende te overdrijven, tot in uitersten. Dit leidde een korte markante periode in, die hij zelf zijn 'theoretische periode' zou noemen
  • „..nog eens, dit is een periode van overgang [in zijn werk] - U heeft mij onlangs zelf geschreven: het impressionisme verwatert - er is een vraag naar wat anders [..] het is zoo zekers als iets dat er wat nieuws komen zal - en over tien jaar zal U, wat u nu 'stootend en onaangenaam' vindt, hoogst waarschijnlijk mooier gevonden worden dan wat nu algemeene bewondering vindt.”
  • Bron: Jan Voerman sr., brief, van Hattem november 1892, aan F. Tessaro van kunsthandel Buffa, te Amsterdam; familiearchief Verkade / Voerman
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, In Vervoering van Voermans, W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 63
  • Tessaro schreef Voerman eerder over een groot recent schilderij van hem, dat hij 'stootend en onaangenaam' vond, en dat potentiële kopers het daarom ook lieten staan
  • „..het werk van de gezamenlijke hollandsche schilders niet zuiver genoeg van kleur was.”
  • Bron: Jan Voerman sr., brief van Hattem 18 juli 1903, aan zijn kunsthandelaar Filippo Tessaro, te Amsterdam
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, In Vervoering van Voermans, W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 59
  • Voerman uitte zijn wens tot een steviger kleurgebruik. Zijn zwager Jan Verkade schilderde vanaf 1984 in Frankrijk en bracht hem op de hoogte van de avant-garde aldaar, o.a. van De Nabis met hun uitgesproken kleurvormen
  • „Sinds ruim anderhalf jaar ben ik bezig, uitsluitend in olieverf te zoeken en heb in dien tijd niets geproduceerd. [..] Nu hoop ik, met enkele maanden een paar schilderijen gereed te hebben, en is mijn verzoek dit; zoudt U misschien nog een maand of drie kunnen wachten - ik schrijf u dan als ik iets heb”
  • Bron: Jan Voerman sr., brief, van Hattem 29 augustus, 1905, aan Henk Bremmer; Bremmerarchief, in Haags Gemeentearchief
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, In Vervoering van Voermans, W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 119
  • Voerman nam toen de vrijheid om een flinke tijd geen verkoopbare werken te maken, om zich zo te concentreren op eigen onderzoek met de olieverf. Hij vroeg daarom uitstel aan 'kunstpaus' Bremmer die enkele werken van hem wilde afdrukken in zijn kunsttijdschrift, bij een artikel over Voerman
  • „..en ik moet je even zeggen, dat het me frappeert, dat ik zo juist op mijn waarde ben geschat! [in Bremmers artikel] Ik ben het zoo goed als in alles volkomen eens en ik hoop, dat het me zal gelukken, eenmaal aan de hooge verwachtingen, die je van me hebt , te voldoen. [..] Je passeert Hattem vaak genoeg.”
  • Bron: Jan Voerman sr., brief, van Hattem 28 oktober 1906, aan Henk Bremmer; Bremmerarchief, in Haags Gemeentearchief
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, In Vervoering van Voermans, W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 119
  • Bremmer had een uitvoerig artikel over Voerman geschreven in zijn kunsttijdschrift 'Moderne Kunstwerken', met afdrukken erbij van enkele van zijn schilderijen. Voerman nodigde hem ook uit om weer langs te komen
  • „..spijt het mij, u te moeten melden, dat ik u geen teekeningen kan zenden - ik heb nooit, in krijt, pen of potlood gewerkt. Dankzeggend voor de uitnodiging..”
  • Bron: Jan Voerman sr., brief van Hattem 4 juni 1911, aan de heer Zilcken
  • Aanhaling(en): 'Brief aan Philip Zilcken'; Rijksstudio, Rijksmuseum te Amsterdam
  • Philip Zilcken maakte van tijd tot tijd grafiek-boeken; hij nodigde daartoe kunstenaars uit om werk in te zenden, dat hij in litho-druk kon omzetten. Maar Voerman tekende nooit, volgens eigen zeggen. Toch zijn er wel degelijk tekeningen bekend van hem
  • „Vraag dat maar aan Jan [= Jan Voerman jr, zijn zoon,] die kan dat veel beter. Laat hij die kleine wereld maar maken en laat mij de hoge luchten.”
  • Bron: Jan Voerman sr., reactie c. 1903-04, op een verzoek van zijn schoonvader, de industrieel E. G. Verkade
  • Aanhaling(en): 'Verkade albums', op website van Voerman Museum, Hattem
  • Schoonvader Verkade had Voerman gevraagd mee te werken aan de Verkade albums, wat Voerman van de hand wees; hij stelde zijn zoon Jan voor. Jan Voerman jr. was pas 16 jaar toen hij zijn eerste aquarellen 'Lente' instuurde voor het eerste album
  • „..aan de lucht kunnen ze goddank niet raken en de lucht, die moet het tenslotte doen!”
  • Bron: Jan Voerman sr., opmerking, circa 1909
  • Aanhaling(en): Leo Boudewijns en Hans van Ulsen, Broeden op een wolk. Jan Voerman, schilder 1857-1941, uitgeverij Gaade, Veenendaal, 1987, p. 62; ISBN 9060177274
  • Voerman merkte dit rond 1909 op, toen hij met lede ogen aanzag hoe het schilderachtige karakter van het IJsselse landschap - waar hij vaak schilderde - werd aangetast
  • „Wanneer het dichtbij zoo mooi is, waarom zou men het dan verder zoeken? Hier kon ik loopend de plaatsen bereiken, waar ik werkte [..] Het is daar [ de bossen van landgoed Molecaten ] niet alleen mooi, maar grillig, schilderachtig. De boomen staan er, zoals ze van nature gegroeid zijn, niet geplant.”
  • Bron: Jan Voerman sr., interview in Provinciale Overijselsche en Zwolsche Courant, 25 januari 1937
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, In Vervoering van Voermans, W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 70
  • Op hoge leeftijd ging het lopen niet meer zo goed en liet Voerman zich met een rijtuig brengen om op zijn bekende plekken van de rust in de natuur te genieten

Citaten, ongedateerd

bewerken
  • „Ik begreep hoe langer hoe meer dat het werk van de gezamenlijke Hollandse schilders niet zuiver genoeg van kleur was.”
  • Bron: Jan Voerman sr., in Broeden op een wolk. Jan Voerman, schilder (1857-1941), red. L. Boudewijns en H. van Ulsen, Abcoude / Heino 1994, p. 77
  • Aanhaling(en): Antoon Erftemeijer Zó Hollands - Het Hollandse landschap in de Nederlandse kunst sinds 1850, Frans Hals museum
  • Voerman nam afstand van de Amsterdamse impressionisten zoals Breitner en Witsen, die hun kleuren mengden met grijs. Vanaf 1890 trok hij zich met zijn gezin, en wat eigen koeien, definitief terug in het dorpje Hattem en zocht zijn eigen schilderweg
  • „Is er iemand 'godsdienstiger' dan ik? Die bewondering voor de schepping van wat ze dan God noemen, nu ja, 't grote Beest dat alles gemaakt heeft. Dat hebben trouwens ook anderen die geen kunstenaar zijn, het voortdurend in bewondering zijn voor alles om je heen, maar wij hebben dit er nog bij. Het kunnen uitdrukken in kleur.”
  • Bron: Jan Voerman sr., in Broeden op een wolk. Jan Voerman, schilder (1857-1941), red. L. Boudewijns en H. van Ulsen, Abcoude / Heino 1994, p. 77
  • Aanhaling(en): Antoon Erftemeijer Zó Hollands - Het Hollandse landschap in de Nederlandse kunst sinds 1850, Frans Hals museum
  • Deze opmerking van Voerman is met name herkenbaar in zijn landschapschilderijen: het 'Alles' van het weidse rivierlandschap
  • „Ik heb altijd alleen willen zijn, ver van de mensen. Tussen mensen maakte ik fouten, dan zei ik teveel dat ze verkeerd konden uitleggen en dat was maar lastig, - nee, ik moest alleen zijn. Toen ik destijds tegen mijn vrienden zei, tegen Roland Holst o.a., dat ik naar Hattem ging, toen wouden ze mee, maar toen zei ik: 'Als jullie er ook heen gaan, dan ga ik er niet heen', en dat was genoeg.”
  • Bron: Jan Voerman sr., brief, uit een brief c. 1888-89
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, 'Hoofdstuk 1, De Persoon', in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 17
  • Voordat Voerman sr. naar Hattem vertrok was hij circa 12 jaar lang in Amsterdam; Hattem kende hij al goed omdat hij vanuit Kampen in zijn jeugd hier vaak met kunstvrienden ging schetsen en schilderen, voor 1875. Ook later verbleven zijn vrienden er tijdelijk vanwege het rivierlandschap èn zijn aanwezigheid
  • „Ach weet je, die wolken zijn in werkelijkheid niet zo, zo ben ik van binnen!”
  • Bron: Anna Verkade (zijn vrouw), notitie in een brief
  • Aanhaling(en): Broeden op een wolk. Jan Voerman, schilder (1857-1941), red. L. Boudewijns en H. van Ulsen, Abcoude / Heino 1994, pp. 42-43
  • Anna Verkade [zijn vrouw] schreef ooit: 'Het moet zo zijn, dat hij de eigen ziel gereflecteerd voelde in die wolken. Toen hij een nieuw schilderij met luchten aan een vriend toonde, zei hij' [dit citaat]'
  • „Wie in 't paradijs woont, wenscht het niet te verlaten.”
  • Bron: Aleid Bremmer-Beekhuis, Dienaar der Kunst, 'Boek 1', p. 113; ongepubliceerd manuscript, ongedateerd; Haags Gemeentearchief
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, 'Hoofdstuk 1, De Persoon', in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 17
  • Aan de Geldersedijk te Hattem had Voerman zo een flinke tuin waar hij actief zijn bloemen verzorgde, die terugkwamen in zijn geschilderde bloemenstillevens; bovendien liep hij zo van zijn huis naar de rivier, waar hij vaak met zijn bootje het water op ging

Citaten over Jan Voerman

bewerken

Citaten, chronologisch

bewerken
  • „..zijn wij niet zo ver kunnen komen om deze aquarellen mooi te kunnen vinden [..] Aan de verandering van omgeving is u waarschijnlijk nog niet genoeg gewend. [..] Ze zijn allen te zwaar en te dik [geschilderd], de schaduwen vooral zijn zwart. Daar u beter kan, moet u ook maar beter maken.”
  • Bron: F. Tessaro, brief uit Amsterdam augustus 1889, aan J. Voerman te Hattem
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 59
  • Voerman was sinds kort verhuisd van Amsterdam naar Hattem en kreeg van zijn galerie stevige kritiek op de eerste aquarellen die hij te Hattem maakte. Een half jaar later schreef Tessaro dat zijn 4 opgestuurde aquarellen 'zeer goed' waren en een 'gemberpotje' zelfs uitmuntend
  • „Niemand weet wat weet wat een zelfbeheersing en hoeveel vastheid van wil er nodig was om zóo te studeren, twee volle jaren zonder een zichtbaar resultaat. Hij heeft studies gemaakt, zóo droog, zóo suf, zóo zonder eenige zoogenaamde chic of knapheid of schildersqualiteiten (want dát kan hij wel), dat men ze ziende; denken moet: 'Is dat nu werk van een Voerman'?! Maar het doel was [om] weer door en door natuurlijk te worden, zoowel in kleur als vorm, weer kind worden en als 't ware opnieuw te beginnen om straks, zonder vrees voor eenige excessen zich weer te kunnen laten gaan in fantasieën en tóch dat in-natuurlijke [..] [vast] te houden..”
  • „Ik vind hem zo hard en star, dat het aan mijn oogen zeer doet. [..] Beweging- en levenloosheid is voor mij nog de schaduwzijde van deze richting [ het Cloissonisme / Synthetisme ]. Coloristisch is het ook eer stootend dan aangenaam.”
  • Bron: F. Tessaro, brief uit Amsterdam 23 november 1892, aan Jan Voerman te Hattem; familiearchief Voerman / Verkade
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 63
  • De heer Tessaro bekritiseert hier een groot schilderij van Voerman dat maar niet verkocht wil worden; hij is het overigens met Voermans eens dat het Impressionisme zijn langste tijd heeft gehad en dat er nieuwe tendensen nodig zijn in de kunst
  • „Ik moet u toegeven dat rust eene eerste voorwaarde is voor ieder kunstproduct. De natuur heeft haar groote kalmte, maar leeft toch en beweegt. Zij is niet dood of versteend.”
  • Bron: F. Tessaro, brief uit Amsterdam 5 december 1892, aan Jan Voerman te Hattem; familiearchief Voerman / Verkade
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 68
  • De heer Tessaro bekritiseerde eerder een groot schilderij van Voerman als een werk vol 'beweging- en levensloosheid' en gaat hierop door. Ondanks alles bleef hij tussen 1892-1895 werken van Voerman aankopen voor de kunsthandel Buffa, ondanks de geringe verkoop
  • „Vlak behandeld is toch niet plat. Je bent prachtig vooruit gegaan in mijn oogen, de bloemen van de laatste tijd ook nog zoveel mooier als die van vroeger. Zonder toeval en zuiver van teekening en kleur.”
  • Bron: Willem Bastiaan Tholen, brief uit Amsterdam 27 september 1894, aan Jan Voerman te Hattem; familiearchief Voerman / Verkade
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 68
  • Jeugdvriend en schilder Tholen bezocht zijn solotentoonstelling in Arti te Amsterdam, sept./okt. 1894; hij reageerde in zijn brief ook op het recente werk, dat veel vlakker was als voorheen.
  • „Er is door bijna heel Voermans werk een aarzelen te zien tusschen zachtheid en kracht, tusschen het teergevoelige van zijn gemakkelijke doen en het besliste. [..] De schilder van die bloemen in vaasjes en van weder bloemen in vaasjes, van die strakke weiden en van weder die strakke weiden is allereerst een buitenman en een kijker en het werk van zo een gaat niet van een idee uit maar van een vlottend gevoel.”
  • Bron: Jan Veth, 'Kunst. Voermans teekeningen.', in Tweemaandelijksch Tijdschrift Jaargang 1. (1894-1895), 26 oktober, 1894, p. 322
  • Aanhaling(en): Leo Boudewijns en Hans van Ulsen, Broeden op een wolk. Jan Voerman, schilder 1857-1941, uitgeverij Gaade, Veenendaal, 1987; ISBN 9060177274
  • Jan Veth onderkende al vroeg het wisselende karakter van Jan Voermans schilderstijl, ondanks zijn vaste en regelmatig terugkerende onderwerpen zoals de IJssel, bloemstukken
  • „Doch het geziene vereenvoudigen en veralgemeenen, het rusteloos voorbijgaande vatten in effen tafereelen, dat voelde hij, na jaren buiten gewerkt te hebben wel [als] zijn weg naar beter te zijn. Hij verbant dan beslist de zachtheid van vroeger om een strakke dofheid na te jagen, en zijn werk wordt er slechts breeder, ruimer, opener, gezonder mee.”
  • Bron: Jan Veth, 'Kunst. Voermans teekeningen.', in Tweemaandelijksch Tijdschrift Jaargang 1. (1894-1895), 26 oktober, 1894, p. 323
  • Aanhaling(en): Leo Boudewijns en Hans van Ulsen, Broeden op een wolk. Jan Voerman, schilder 1857-1941, uitgeverij Gaade, Veenendaal, 1987; ISBN 9060177274
  • Jan Veth hoopte er wel op dat Voerman zijn eenvoudiger aaneengelegde plans later weer harmonieus zou kunnen combineren met iets van zijn vroegere 'teederheid' en 'ingeboren gevoeligheid', die hij tijdelijk moest uitbannen
  • „Voer is in een verrukking over het prachtige uitzicht, zoowel achter als voor. Het is zulk eenig mooi weer voor hem, hij is tusschen het huis door veel op de wei en kijkt van de dijk af naar de luchten, die subliem zijn! Onze eerste verdieping bereikt zowat het dak van de dominé..”
  • Bron: Anna Verkade, brief van zijn vrouw uit Hattem c. 1896, aan haar moeder
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, ‘Hoofdstuk 1, De Persoon', in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 16
  • Voerman had een huis met verdiepingen laten bouwen aan de Geldersedijk te Hattem, waar hij een weids uitzicht had op de grote luchten en de rivier de IJssel; dit werd zijn thuisbasis voor de rest van zijn leven
  • „Hij [Daniel Belmer] was de man die gemaakt heeft dat Voerman en ik [..] gegaan zijn zoals wij gingen. Zonder Belmer was Voerman waarschijnlijk boer gebleven en ik straatveger geworden, zooals mijn Vader voorspelde omdat ik zoo moeilijk rustig op de schoolbanken kon zitten.”
  • Bron: Bastiaan Tholen, brief, 14 februari 1903; in het Haags Gemeentearchief
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, ‘Hoofdstuk 1, De Persoon', in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 16
  • Daniel Belmer was docent op de stadstekenschool in Kampen waar de jonge Tholen en Voerman kunstonderwijs volgden in de jaren voor 1875. Daarna werd Voerman aangenomen op de Rijksacademie te Amsterdam; kort daarop ook Tholen
  • „Grappig is, zoo als men hem nu zoetjes aan toch de plaats gaat inruimen onder de allerbesten der holl. artisten. U kunt wel veilig trotsch op hem zijn, want zooals hij loopen er niet veel.”
  • Bron: Anna Verkade, brief uit Hattem 20 januari 1906, aan haar moeder; in familiearchief Voerman / Verkade
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, ‘Hoofdstuk 1, De Persoon', in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 20
  • Aanvankelijk was vooral haar vader Ericus Gerhardus Verkade fel tegen haar huwelijk met de eenvoudige Voerman; daar bleef Anna zich lang bewust van en verdedigde ze haar man regelmatig
  • „Het verschil met de Impressionisten in diepere zin, lijkt mij, dat in dit werk [van Voerman - een schilderij met koeien] Voerman geheel anders tegenover dit onderwerp stond dan zij [..] voor wie de beesten enkel objecten waren om waar te nemen [..] terwijl voor Voerman die beesten iets zijn waar hij van houdt [..] daarom is meer de liefde tot de dieren zelf dan het visueele genot er aan [voor] hem het object.”
  • Bron: Henk Bremmer, zijn tekst 'Jan Voerman', in zijn tijdschrift Moderne Kunstwerken 4, 1906 afl. 9
  • Aanhaling(en): Aleid Bremmer-Beekhuis, Dienaar der Kunst, ongepubliceerd manuscript; Haags Gemeentearchief, en Kristian Kreeft, In Vervoering van Voermans, W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 141
  • Bremmer wist van Voermans boeren-achtergond en zag ook ter plekke hoe de koeien op hem af kwamen toen ze samen langs de IJssel wandelden
  • „Voer vond het erg leuk, Verwey eens weer te zien – heerlijk dat hij net nog zooveel [werken!] op het atelier had, zij genoten er beiden zóo van.”
  • Bron: Anna Verkade, brief uit Hattem 9 april 1910, aan haar moeder; in familiearchief Voerman / Verkade
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, ‘Hoofdstuk 1, De Persoon', in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 17
  • Zo deden onder andere de schrijver en dichter Albert Verwey (1865–1937) en zijn vrouw Kitty (1867–1945) Hattem regelmatig aan
  • „Het boschstuk was voor mij het mooiste, dat ik ooit van u of eenig andere schilder (als Diaz of Rousseau) gezien had. [..] Toen ik het boschstuk [toch] niet kocht , zei U, dat U van plan was de voorgrond die rood getint was grijzer te maken. Een jaar later, Juli 1930 [..] deed het mij nog geheel op dezelfde wijze aan, [..] het bracht een geweldige verrukking over me, 'n echt blijmoedige stemming.”
  • Bron: ongedateerde brief circa 1930-31; familiearchief Voerman / Verkade
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, pp. 32-33
  • De koper beschreef hoe Voerman de voorgrond van rood had vergrijsd, maar hij bleef er verrukt van. Een jaar later was het schilderij opnieuw gewijzigd, waarmee de genoemde 'blijmoedigheid' voor de koper toen wèl was verdwenen. Hij vroeg of het te veranderen was naar 'het oorspronkelijke effect'
  • „Bloemen moesten meeldraden en stampers hebben en de paarden die Voerman schilderde, leken in niets op de 'peerdjes', die de rijke heren op stal hadden staan.”
  • Bron: Auguste Obreen Nieuwe Rotterdamsche Courant, 30 december 1941
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 57
  • Obreen schreef in haar artikel, dat circa 1888-89 toen zij les kreeg van Voerman, een klant soms door hem weggestuurd werd of wèl binnen kwam maar niets kocht, omdat zijn bloemstillevens niet verfijnd genoeg waren. Hij schilderde toen veel aquarel en gouache, in een losse toets
  • „Herkenning. - 't Wordt voorjaar langs de IJssel bij Veecaten. / Wolken en licht, in wisselende staten, / scheppen een Voerman: een opalen zwerk, dat hemels is en Hollands bovenmate.”
  • Bron: Ida Gerhardt, gedicht 'Herkenning', inJan Voerman : IJsselschilder, Anna Wagner; uitgeverij Zomer & Keuning, Kampen 1977; ISBN 9021050714
  • Aanhaling(en): 4 dichtregels van Ida Gerhardt - onder het standbeeld van Voermans sr., gemaakt door Elisabeth Varga en geplaatst in de gemeente Hattem
  • Henk van Ulsen had dichteres Ida Gerhardt gevraagd om een kort gedicht over Voerman sr. die zij erg bewonderde; dit is dan ook opgenomen in de biografie 'Jan Voerman : IJsselschilder' van 1977
  • „Je kunt hem niet inkaderen. [..] Voerman had genoeg aan de IJssel. [..] Wat er on hem heen gebeurde in de kunst, moet gewoon zijn afgegleden. Hij ging zijn eigen eenzame weg, met een boerse vastberadenheid. Voerman had het geluk dat hij een vrouw trouwde, die hem helemaal steunde, brieven voor hem schreef en hem uit de wind hield.”
  • Bron: Henk van Ulsen, 'Kunstkrant', in Tubantia, 14 oktober 1994
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 128
  • Van Ulsen was de grootste verzamelaar van Voerman ooit; bovendien organiseerde hij er diverse tentoonstellingen mee. Zijn collectie van c. 200 werken wilde hij slechts in zijn geheel verkopen, wat in 1994 lukte aan het museum De Fundatie

Citaten, ongedateerd

bewerken
  • „Onlangs heb ik van een oude Kamper [uit Kampen] een schilderij uit je jeugd gekocht. Toen ik 't bij hem zag was ik er zoo door getroffen. 't Stelt voor twee groote Koeien in de stal van je vader, nadat ze door een meisje gemolken waren en gevoerd, staat zij er met de groene melkemmer met zwarte banden en rood geverfd van binnen nog bij. [..]] Zou je dan zoo goed willen zijn, de waarde ervan te verhoogen door het te tekenen?”
  • Bron: brief 8 september, jaar onbekend, van een familielid van jeugdvriend Willem Bastiaan Tholen
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 29
  • Voerman had zijn jeugd doorgebracht op een boerderij bij Kampen; zijn vader was boer. In zijn jaren aan de tekenschool van Kampen toen, vond hij daarom vanzelfsprekend zijn onderwerpen voor tekeningen en schilderijen op en rond de boerderij. Dit werk had hij nog niet ondertekend
  • „Ook zette hij wel drie studies tegelijk op naar eenzelfde onderwerp, afwisselend er aan werkend, soms jaren achtereen.”
  • Bron: Aleid Bremmer-Beekhuis, Dienaar der Kunst, 'Boek 1', p. 113; ongepubliceerd manuscript, ongedateerd; Haags Gemeentearchief
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, pp. 32-33
  • Dit citaat onthult iets over de werkwijze van Voerman en het ontstaan van zijn schilderijen; in dit geval ging het om een 'bosje', zeer waarschijnlijk in Molecaten, waar Voerman regelmatig schilderde
  • „Ze zijn allemachtig aardig, hij vooral, maar het converseeren vermoeit Voer enorm en hij kàn niet tegen het vreemde leven. [..] Hij is zóo zijn vrijheid gewend, en moet teveel afwijken van de gewoontes die hij nu eenmaal heeft, ’t is voor hem niet te doen..”
  • Bron: Anna Verkade, brief uit Hattem ongedateerd, aan haar moeder; in familiearchief Voerman / Verkade
  • Aanhaling(en): Kristian Kreeft, ‘Hoofdstuk 1, De Persoon', in In Vervoering van Voermans W-books Zwolle / Voerman Museum Hattem, 2019; ISBN 978 94 625 8350 4, p. 17
  • Zo viel het Voerman bijvoorbeeld erg slecht als hij een portretopdracht had aangenomen en daarvoor een paar dagen van huis moest zijn. Voerman kwam dan flink van slag daarvan thuis, na een paar dagen
bewerken

Galerij van werken

bewerken